headerimage
Veluws Schaakgenootschap VSG

Memoires van Harry Boer, 1938

(Ingekomen stuk, voorgelezen tijdens de jaarvergadering van 1970)

Harry Boer

Harry Boer. Foto: P.H. Bleeker.

Het begon allemaal in 1938, ik leerde schaken van mijn nu helaas overleden broer Arie, die toen lid was van VSG. Ik was toen 14 jaar en meldde mij ook aan als lid. Na verloop van tijd bedankte mijn broer, waarom weet ik niet; ik vermoed omdat hij na verloop van tijd niet of moeilijk van mij kon winnen.

Wij schaakten toen in de voormalige lunchroom van de dikke Jan van Bentum in de Stationsstraat, naast Albert Heijn waar nu de SNS-bank staat. Veel leden hebben onze voorzitter Lammert Timmer meegemaakt, toen ook al voorzitter. Wij hadden in die tijd ook heel sterke spelers. Kobus en Albert Visscher waren toen ook al lid. Ik wil niet alle spelers noemen, alleen de sterkste: een zoon van ds. Van Halsema, de heer Brijmer, meester Van Andel, dr. Sybrandy, de heer Veldman die destijds nog een schaakklok heeft geschonken aan VSG, de legendarische fotograaf Willen van Malsen en meneer Plette de stratenmaker, hij werd vele malen kampioen evenals de heer Timmer. Timmer leerde het schaken van zijn vrouw die ook lid was. Als Timmer goed stond dan neuriede hij het deuntje "Knaapje zag een roosje staan" en vaak zei hij
"schaak aan je kingeltje".

Nu hebben wij gelukkig nog twee leden die in die tijd ook lid waren; de heer Mondria en Tom Paulus. Mondria was toen al sterk (en nog steeds). Paulus en ondergetekende zijn altijd zo’n beetje op hetzelfde niveau blijven hangen. Toch hebben wij met Jan Bos en de heer Lam nog jaren in het tweede team mogen schaken. De laatste teamleider die ik heb meegemaakt was de heer Goedkoop.

De jaren gingen verder en de club werd groter. Er moest worden uitgekeken naar een grotere speelruimte. Die werd gevonden in het toenmalige hotel Wiedenhof, hoek Harderwijkerweg-Wilhelminalaan.

De oorlog brak uit en toen bleek dat onze gastheer NSB-er was. Dat was toch wel uitkijken geblazen. Gelukkig hebben we geen last van hem gehad. Hij schaakte zelf ook. Wel was hij lastig wat de tijd betrof; 12 uur was 12 uur en dan moesten we wegwezen. Hij liep dan langs de borden, smeet alle stukken omver en deed het licht uit. Hij moest dan wel alles zelf opruimen.

Veel leden kwamen er toen bij; dokter Bekker, mevrouw Weenink, de heer Viester met zijn zoon Winfriet, ds Beukema, dokter Van Bonzel, de heer Denee uit Harderwijk en vele anderen. Ook de heer H. Bosch. In de jaren 1943-1944 moesten velen van ons onderduiken en bedankten dan als lid. Dat was ook mijn lot, vanwege de arbeidsdienst en later vanwege Duitsland.

Na de oorlog ging ik als OVW-er naar het korps Mariniers; Schotland, Amerika, Malakka en 2 jaar Oost-Java. In februari 1948 ben ik behouden teruggekeerd en werd ik weer lid van VSG. Hotel Wiedenhof was inmiddels afgebroken, we schaakten in de zaal van de RK-kerk aan de Smidsweg. Ik bleef lid tot 1951, toen bedankte ik weer en ging naar Nieuw Zeeland emigreren. Daar vond ik het geluk niet en ik keerde weer terug in 1954. Voor de derde keer werd ik lid van VSG, tot op heden onafgebroken.

Dank u voor uw aandacht.